Zussen zien elkaar na twee jaar eindelijk weer op MPS de Zonnebloem

'Wat fijn dat we elkaar weer kunnen omhelzen'

Zussen op MPS de Zonnebloem 2

Na maanden stil te hebben gelegen aan de kade, gaat MPS de Zonnebloem maandag eindelijk weer varen. Hoe waardevol zo'n vaarvakantie kan zijn, blijkt wel uit het verhaal van de zussen Ais, Nel en Diny. Een vakantie met MPS de Zonnebloem is het enige moment dat ze elkaar nog zien.

In november was het eindelijk zover. Het was het eerste weerzien van de drie zussen in ruim twee jaar tijd. Op het nippertje, want een week later moest de Zonnebloem de geplande vaarvakanties annuleren vanwege de coronamaatregelen. 

 “Wat fijn om elkaar weer te kunnen omhelzen”, begint Diny, met 83 jaar de jongste van de Bekker zussen. “Voordat we aan boord mochten, werden we getest op de kade. Allemaal negatief gelukkig, dus we mochten mee. Zo leuk om elkaar na zo’n lange tijd weer te zien.” Zus Nel knikt instemmend: “We gaan als zussen sinds 2009 elk jaar met het schip mee. Omdat we allemaal slecht ter been zijn, is dit voor ons de enige manier om op vakantie te kunnen. We wonen ver uit elkaar, zelfs op verjaardagen zien we elkaar niet. We bellen en appen wel veel en we spelen online Wordfeud, maar elkaar echt in de ogen kunnen kijken en aanraken, is onvervangbaar.” 

De tekst gaat verder onder de foto

Zussen op MPS de Zonnebloem 1

Veilig

De laatste jaren maakt vriendin Cor ook deel uit van het reisgezelschap. “Eigenlijk hadden we gereserveerd voor een weekje in mei 2020, maar dat ging vanwege corona niet door. Toen we de mogelijkheid kregen om deze novemberweek mee te varen, twijfelden we geen moment. Zo’n week op het schip is een echte verwennerij. Heerlijk eten en drinken en de medische verzorging is goed geregeld. Ik voel me echt veilig aan boord”, zegt Cor. 

Soberder

Vanwege de coronamaatregelen nam MPS de Zonnebloem vorig jaar minder gasten mee dan gebruikelijk. “Dat het nu door corona wat soberder is dan gebruikelijk, maakt voor ons niets uit. Het grootste verschil met andere jaren is dat het nu niet vol is”, zegt Nel. “Er zijn nu maar 29 gasten aan boord. Hierdoor is het contact met andere gasten wel minder”.

Zus Ais vult aan: “Voor ons is dat minder erg, want we hebben elkaar. Wij zouden nog wel met z’n vieren een week op het schip kunnen verblijven. Met de vrijwilligers erbij natuurlijk!” Diny: “Zonder hen zijn we nergens. Ik wil ze een dikke pluim geven: je hoeft maar te vragen en het wordt geregeld. Het ontbreekt ons aan niets.” Nel: “Nou ja, ik mis van thuis wel mijn eigen aangepaste bed, stoel en douchetoilet. Maar wat we er tijdens de vakantieweek voor terugkrijgen, maakt dat meer dan goed!”  

Samen

Het schip bracht de dames onder andere in Hoorn, Enkhuizen en Nijmegen. Er was volop gelegenheid om deze steden te bezoeken. Ais: “Je kunt bijvoorbeeld een stadswandeling met een gids doen, maar wij gaan altijd op eigen gelegenheid. Met z’n vieren plus de vrijwilligers die ons rondrijden.” Vragend naar het hoogtepunt van de vakantieweek antwoordt het viertal in koor: “Elkaar weer zien!” Geen speld tussen te krijgen…