Ik zal meteen maar even met de deur in huis vallen. De manier waarop we naar mensen met een handicap kijken moet echt anders.
We zijn gewend om mensen met handicap door een medische bril te bekijken. We beschouwen ze als stuk, en het allerliefst fixen we tekortkomingen. We steken geld in preventie en in screening zodat zwangeren minder gehandicapte mensen op deze wereld zetten. Autisten wordt aangeleerd mensen aan te kijken en vooral niet met dingen te friemelen, mensen met een auditieve handicap rusten we uit met implantaten zodat ze weer met ‘de horenden’ mee kunnen doen etc.
Kortom; kun je met je handicap niet goed meekomen in deze maatschappij dan geven we je een hulpmiddel en we verwachten dat je je daarmee wel weet te redden. Heb je meer hulp nodig, dan heeft men je liever in een aangepaste omgeving wonen omdat het leven daar is aangepast op mensen met hun beperking.
Want de maatschappij, die is voor mensen die kunnen lopen. Die kunnen zien en horen. Voor mensen die niet overweldigd worden door razend verkeer, flikkerende billboards en voorbij tingelende trams. Voor mensen die zijn zoals de meeste mensen zijn.
Deze manier van naar handicaps kijken noemen we het medische model. Daarin wordt de niet-gehandicapte mens als norm gezien en worden mensen met handicaps zoveel mogelijk gecorrigeerd tot ze wel in deze wereld mee kunnen draaien.
Dit model gaat vaak samen met het liefdadigheidsmodel, waarin de regie niet bij mensen zelf ligt maar bij een overkoepelend orgaan zoals de gemeente. Mensen ontvangen een uitkering en liefdadigheid en verliezen daarbij zeggenschap over hun leven.
Een andere -en mijns inziens betere- manier om de wereld te bekijken is volgens het sociale model. Dat model gaat er vanuit dat de handicap van de persoon niet het probleem is, maar de manier waarop onze maatschappij is ingericht.
Lichamelijke beperkingen zijn gewoon een variatie in de mensheid zoals haarkleur dat is. Het is niet iets wat weggemoffeld moet worden of opgelost. Wanneer mensen niet mee kunnen draaien in de maatschappij dan zijn we verplicht te kijken naar knelpunten in deze maatschappij om betreffende knelpunten vervolgens op te lossen. Door de wereld op deze manier in te richten houden mensen met een beperking de regie over hun eigen leven. Ze ontvangen normaal salaris voor hun arbeid, kunnen onbegrensd met openbaar vervoer reizen, hebben mogelijkheden tot wonen beschikbaar en zijn zelfredzaam.
Het mensenrechtenmodel tenslotte bouwt voort op het sociaal model en erkent dat mensen met een beperking rechten hebben, en dat de staat een verantwoordelijkheid heeft deze rechten te respecteren. Worden er drempels opgeworpen voor mensen met een handicap dan is dat discriminatie met een naam: validisme. Met het tekenen van het VN-verdrag handicap (zie vorige blog) gaat een staat een verplichting aan om volgens het mensenrechtenmodel voor zijn mensen te zorgen.
Er is een omslag nodig om de maatschappij in te richten volgens het sociaal model en het mensenrechtenmodel. Vooral gemeentes doen er goed aan hun beleid te herzien en aan te passen waar nodig. Zelfredzame burgers, met regie over hun eigen leven, dat is toch een mooi streven?